‘Dit is ‘t’. Een pakkende kreet die ik op een huis zie gespijkerd, waarlangs ik dagelijks forens op de fiets. Ik vraag mij af wat de heer des huizes met deze slogan bedoelt. Misschien iets in de trant van: Dit hebben we uiteindelijk toch maar bereikt, of: Hier moeten we het dan maar mee doen. Wat het ook is, de woorden stralen berusting uit. ‘Dit is ’t’, en niet anders.
‘Dit is ‘t’ galmt ook buiten mijn fietstochten om regelmatig door mijn hoofd. Immers, na het passeren van het 60e levensjaar hoor je niet meer bij de piepjonge garde, ook al beleeft het hoofd het anders. Engelsen zeggen dan eufemistisch: ‘you’re over the hill’. Er ligt meer terrein achter dan voor je. Oftewel: ‘Dit is ‘t’.
Zijn kapotte accu is niet te vervangen en de stroomvoorraad van meneer H. blijft haperen. Hij moet uitkomen met minder.
Meneer H. van halverwege de 30 zit wat onwennig tegenover mij tijdens mijn ochtendspreekuur. Hij is ernstig ziek geweest 2 jaar geleden waarvoor een ziekenhuisopname met een lang verblijf op de IC noodzakelijk was. Nadien is de oude meneer H. niet meer opgestaan. Zijn energievoorraad blijft net boven het nulpunt hangen en de eenvoudigste klusjes zorgen al voor totale ontreddering en uitputting. Naar school brengen van de kids is ineens een ultra marathon waarna hij in de touwen hangt en uren moet opladen. Zijn werk als medisch specialist lukt ondanks de inzet van meerdere fanatieke pogingen niet meer. Hij heeft van alles aangepakt en geprobeerd om zijn energie, level en fitheid op te krikken, maar deze acties leverde hem, naast een daverend spierprotest, alleen een venijnige frustratie op. Zijn kapotte accu is niet te vervangen en de stroomvoorraad van meneer H. blijft haperen. Hij moet uitkomen met minder. Gedurende zijn revalidatiebehandeling bij ons beseft meneer H. dan ook langzaam aan: ‘Dit is ‘t’.
Ook meneer B. met een knie-ex amputatie ziet zijn fysieke grenzen op zich af stormen en loopt vast. Voorheen was hij een actieve fietser en sporter en wil hij niets liever dan weer op het zadel klauteren. Het gebruik van een beenprothese met computerknie heeft zijn kunnen wel wat opgerekt. Een paar kilometer rustige wandelen in het bos en met zijn aangepaste e-bike geconcentreerd de stad in fietsen is nu de max. Geduurde zijn revalidatiebehandeling ziet meneer B. dan ook, hier moet ik het mee doen: ‘Dit is ‘t’.
In de levensloop psychologie ontwikkelt de mens zich ronde zijn 50e tot de top van zijn kunnen. Puur lichamelijk gezien begint de aftakeling al jaren eerder. Tussen de 35 en 40 spreekt men zelfs al over ‘de jonge senioren’.
Na een ernstige ziekte of amputatie zijn de kaarten plots heel anders geschud.
Deze normale levensloop volgen we bij een ongerepte gezondheid. Na een ernstige ziekte of amputatie zijn de kaarten plots heel anders geschud. Fysiek en psyché liggen ineens mijlenver uit elkaar, vaak met een oplopend ongenoegen tot gevolg, zoals bij meneer H. De curve voor het corpus vlakt ineens af, terwijl het hoofd nog van alles wil en wenst en stug langs de oude streep blijft doordenderen.
Revalideren heeft dan ook als belangrijk doel om de heren H. en B. te assisteren de kloof tussen body en brains te dichten. Pas daarna kunnen beiden in balans vooruit hun toekomst tegemoet met de berusting: ‘Dit is ’t’.
Auteur
