Brancherapport Revalidatie 2025
Samenvatting
- De zorgkosten van de revalidatiesector zijn uitzonderlijk stabiel.
- Revalidatiecentra behaalden in 2023 een gemiddeld rendement van 1,5%. Dat is beter dan het was, maar onvoldoende voor duurzame zorg.
De totale zorgkosten (als ‘schadelast’ gedeclareerd bij de zorgverzekeraars) bedroegen in 2023 ruim € 825 miljoen. De stabiliteit van de sector van de afgelopen jaren zet daarmee door (tabel 1). Dit wordt nog duidelijker wanneer inflatiecorrectie wordt toegepast (figuur 1). In de periode 2016 – 2023 steeg de totale omzet van de Medisch Specialistische Revalidatie (MSR) ruim 16%. Na toepassing van de inflatiecorrectie over die periode was een daling van 8% te zien.
Tabel 1. Totale zorgkosten medisch specialistische revalidatie in Nederland 2016-2023 (Bron: Vektis)

** Het totaal van de zorgkosten kan per dimensie iets afwijken. Het totaal op het hoogste aggregatieniveau en per leeftijdsklasse is volledig en correct. Informatie waarbij het aantal patiënten per groep minder is dan 10, is niet aangeleverd; dit komt voor bij de dimensies: soort instelling, behandelsetting en hoofddiagnose. Echter, soms worden patiënten vaker meegeteld. Een patiënt kan bijvoorbeeld in één jaar in meerdere instellingen, behandelsettings en/of hoofddiagnosegroepen voorkomen.

Bij het bepalen van de zorgkosten prijspeil 2016 is gebruik gemaakt van de prijsindexcijfers per jaar voor de tarieven van de medisch-specialistische zorg zoals bepaald door de NZa (Bron: NZa – Prijsindexcijfers, datum: 20-3-2025).
Zorgkosten per type instelling
Van de zorgkosten in 2023 werd 81% gemaakt door de revalidatiecentra (categorale ziekenhuizen), 12% werd toegeschreven aan algemene, topklinische of academische ziekenhuizen en 7% aan ZBC’s. Deze verhoudingen zijn redelijk stabiel. Het aandeel van de ZBC’s nam in 2023 iets af, terwijl dat van de revalidatiecentra licht steeg.
De totale zorgomzet van MSR in revalidatiecentra bedroeg in 2023 € 668 miljoen, terwijl die in 2022 nog € 604 miljoen bedroeg.
De totale zorgomzet van MSR in revalidatiecentra bedroeg in 2023 € 668 miljoen, terwijl die in 2022 nog € 604 miljoen bedroeg. De stijging van de omzet kan voor een klein deel worden verklaard door de toename van het aantal patiënten. Een groter deel kan worden verklaard door de herijking van de tarieven, die in 2023 vooral bij klinische revalidatiebehandelingen voor een stijging van het tarief hebben gezorgd.
Voor het merendeel betreffen de zorgkosten de behandelingen die in een revalidatiecentrum zelf zijn uitgevoerd. Een kleiner deel betreft behandelingen van artsen die vanuit het centrum in een ziekenhuis werken. De kosten per patiënt zijn in de revalidatiecentra het hoogst. Waar patiënten in ziekenhuizen en in ZBC’s alleen poliklinisch worden behandeld, kunnen zij in revalidatiecentra voor langere tijd worden opgenomen. Zo’n klinische opname brengt verreweg de hoogste kosten met zich mee. Bij de klinische opnames zien we twee trends:
- ten eerste neemt de opnameduur af (patiënten worden steeds korter klinisch behandeld);
- en ten tweede worden patiënten steeds eerder, en met een complexere zorgvraag, vanuit ziekenhuizen naar revalidatiecentra overgeplaatst.
De omzet van MSR in de ziekenhuizen steeg van € 71 miljoen in 2022 naar € 78 miljoen in 2023. Dat betekent een toename van 10%. Het marktaandeel van de ziekenhuizen bleef met 9,5% stabiel. Voor de UMC’s gold hetzelfde: het marktaandeel bleef stabiel op 2,8%. De zorgomzet van de UMC’s is in 2023 licht gestegen: van € 21,2 miljoen naar € 23,4 miljoen. Aangezien de ziekenhuizen en UMC’s hun patiënten alleen poliklinisch zien en/of voor een consult, liggen de gemiddelde zorgkosten per patiënt veel lager dan bij de revalidatiecentra en -in mindere mate- de ZBC’s.
De totale zorgomzet van ZBC’s bleef vrijwel gelijk met ruim € 55 miljoen. Hun marktaandeel liep terug van 7,4% in 2022 naar 6,7% in 2023, wat klopt met het dalende aantal patiënten.
Zorgkosten per hoofddiagnose

Hoewel we lichte verschillen in zorgkosten per hoofddiagnose zien (figuur 2), zijn de gemiddelde zorgkosten per patiënt redelijk stabiel (figuur 3). De gemiddelde kosten per patiënt zijn gedaald voor met name de hoofddiagnoses: aandoeningen bewegingsapparaat, chronische pijn, amputaties en orgaanrevalidatie. Omdat ZBC’s, ziekenhuizen en revalidatiecentra verschillende zorg voor verschillende patiënten bieden, leidde deze trend tot een daling van de gemiddelde zorgkosten per patiënt in ZBC’s, terwijl die bij de andere aanbieders -in het bijzonder de revalidatiecentra- zijn gestegen (figuur 4).


Rendement en duurzame financiering
Nadat 2022 financieel een zwaar jaar was voor de revalidatie-instellingen, was er in 2023 sprake van herstel. Met ongeveer hetzelfde aantal patiënten was er sprake van hogere omzet. Deze stijging kwam met name voor rekening van de revalidatiecentra en de ziekenhuizen. Dit heeft vooral te maken met tariefeffecten: met de herijking van de NZa werden tarieven weer in lijn gebracht met de werkelijke kosten. De herijking heeft zoveel impact, omdat de personeelskosten in de MSR een groter deel van de zorgkosten uitmaken dan bij andere specialismen (figuur 5). Omdat deze personeelskosten vaker aan de inflatie worden aangepast, lopen de tarieven na enkele jaren achter op de kosten. De herijking door de NZa corrigeert dit.

Het totale resultaat van de revalidatie-instellingen laat de afgelopen jaren een grillig verloop zien. Voor een gezonde bedrijfsvoering waarbij aanbieders niet interen op het eigen vermogen, maar kunnen investeren in bijvoorbeeld vastgoed of EPD, is het belangrijk om een minimaal rendement van 2% te halen. Na een grote terugval in het exploitatieresultaat tijdens de coronajaren en een flink negatief resultaat in 2022, lijkt de situatie zich in 2023 weer wat te herstellen. Deze trend zal in 2024 naar verwachting doorzetten.
Noodzakelijke investeringen in ICT, innovatie, duurzaamheid en in het bijzonder huisvesting, staan daardoor onder druk of worden uitgesteld.
Het gemiddeld rendement in 2023 was 1,5%. Met uitzondering van 2019 lukt het de sector niet om een gemiddeld rendement van 2% te halen (figuur 6). Noodzakelijke investeringen in ICT, innovatie, duurzaamheid en in het bijzonder huisvesting, staan daardoor onder druk of worden uitgesteld. De financiële druk op de revalidatie-instellingen blijft daarom onverminderd hoog.

Onderdelen Brancherapport Revalidatie 2025
Gerelateerde artikelen

De financiële kant van revalidatie: wat zijn de uitdagingen?
Zonder goede bekostiging geen goede revalidatiezorg. Maar hoe zorgen we voor een financieel gezonde revalidatiesector? En welke veranderingen zijn nodig om de revalidatiezorg toekomstbestendig te houden? We vroegen het aan Joris Prevo, Beleidsadviseur Sturing & Financiering bij Revalidatie Nederland. Lees verder