14 februari 2023

Spotlight

Tijdens het DCRM-congres in ’s-Hertogenbosch was het opvallend dat het in deze Spotlight te bespreken artikel door twee keynote sprekers werd aangehaald; zowel door prof Sjoerd Repping als wel door Carlotte Kiekens.

Auteurs
PROF. DR. J.H.B. ( JAN) GEERTZEN
Hoogleraar Revalidatiegeneeskunde, UMCG, CvR

PROF. DR. M.F. (MICHIEL) RENEMAN
Hoogleraar Revalidatiegeneeskunde, in het bijzonder Pijn en Arbeid, UMCG, CvR

Het artikel heeft de kranten gehaald maar ook sociale media en het Medisch Contact. Toch willen we ook in het NTR aandacht eraan besteden vanwege z’n speciale focus: namelijk de implementatie van verworven kennis, of toch niet? Implementatie is het planmatig invoeren van een verandering of vernieuwing in ons vak, veelal bedoeld om de patiëntenzorg te verbeteren. We constateerden dat dit veel te weinig gebeurt in de revalidatiegeneeskunde; dit onderzoek illustreert dat en moet ons tot denken aanzetten.

Het onderzoek en de resultaten

Het doel van dit onderzoek was om te bepalen wat de de-imple­mentatie was van de niet bewezen therapieën voor patiënten met lage rugpijn in de Nederland; ofwel zijn wij bereid niet bewezen therapieën te laten vallen?

Men heeft dit onderzocht door in Nederlandse ziekenhuisdata te kijken naar het voorkomen van vijf niet bewezen, veel gehanteerde, therapieën (1991-2018). De vijf waren: bedrust voor niet specifieke lage rugpijn; bedrust voor een HNP; discectomie voor kanaalstenosis; spinale fusie voor aspecifieke lage rugpijn en invasieve pijnbehandeling voor niet specifieke lage rugpijn. In totaal omvatte de studiepopulatie ruim 840.000 mensen.

Het duurde over het algemeen tussen de 17-28 jaar voordat deze onbewezen therapieën grotendeels uit het ‘medisch therapeutisch’ arsenaal waren verdwenen. Uiteindelijk is het duidelijk dat de niet bewezen therapieën uit ons arsenaal verdwenen zijn maar dat kostte wel enkele tientallen jaren en ging mogelijk gepaard met verspilling van tijd en geld kan mogelijk ook nadelig voor patiënten zijn geweest.

Consequenties voor de praktijk

Gelijk veel andere medisch specialismen is de bewijskracht van onze behandelingen niet groot (50% volgens de Federatie Medisch Specialisten). Als we zo lang doen over adapteren van nieuwe bewezen (EBM) therapieën en we laten verouderde (niet EBM) therapieën toch continueren dan wordt het smaldeel van bewezen effectieve behandelingen die wij onze patiënten aanbieden wel heel klein. Men roept vaak om autonomie voor de arts maar zouden we onze energie hier ook niet meer aan moeten besteden; werken aan de stand van de W (wetenschap) en daarna uitvoeren in de P (praktijk), om zo de stand van de W en de P te verstevigen en onze patiënten meer recht te doen met bewezen effectieve therapieën en tevens daarmede de continuïteit van ons mooie vak te garanderen?

Literatuur

Heb je ook een interessant internationaal artikel of review van Cochrane gelezen? Schroom dan niet om deze de delen met de lezers van NTR. Auteursrichtlijnen voor de rubrieken Spotlight of Cochrane Corner vind je elders op deze website.