20 juni 2025

Proefschrift-artikel

De gezondheidskloof tussen mensen met een hoge en lagere sociaaleconomische positie (SEP) wordt steeds groter. E-health biedt kansen om deze kloof te dichten, maar in de praktijk hanteren veel interventies een one-size-fits-all-aanpak. Hierdoor sluiten ze slecht aan bij mensen met een lagere SEP, wat de ongelijkheid zelfs kan verergeren. Dit proefschrift onderzoekt hoe professionals inclusieve e-health kunnen ontwerpen, zodat deze daadwerkelijk bijdraagt aan een kleinere gezondheidskloof.

Auteur
DR. J.S. ( JASPER) FABER

Promovendus: J.S. (Jasper) Faber, postdoc, TU Delft
Datum promotie: 6 november 2024
Promotoren: dr. V.T. (Valentijn) Visch, dr. H.J.G. (Rita) van den Berg-Emons
Copromotor: dr. J.J. (Jos) Kraal

Een digitale versie van het proefschrift is te downloaden via deze link.

Jasper Faber Met de promotiecommissie (foto: Sicco van Grieken).

De relatie tussen sociaaleconomische positie (SEP) – bepaald door inkomen, opleiding en beroep – en gezondheid is evident. Chronische aandoeningen zoals hartziekten, diabetes en obesitas komen vaker voor bij mensen met een lagere SEP.1 Dit leidt niet alleen tot complexe individuele zorgbehoeften, maar ook tot een grote maatschappelijke last.

Hoewel een gezonde leefstijl cruciaal is voor preventie en management van deze aandoeningen, blijkt uit onderzoek dat een gezonde leefstijl minder vaak voorkomt bij mensen met een lagere SEP.2,3 Tegelijkertijd worden e-health leefstijl interventies, bedoeld om zorg effectiever en efficiënter te maken, vooral ontworpen voor mensen met digitale vaardigheden en hoge motivatie. De standaard one-size-fits-all-aanpak sluit hierdoor slecht aan bij groepen met een lagere SEP, wat de gezondheidskloof alleen maar vergoot.

Professionals (ontwikkelaars, zorgmedewerkers, onderzoekers, en beleidsmakers) worstelen met een dilemma: hoe zetten we effectief e-health in bij mensen die het meest baat hebben bij een leefstijlinterventie, ondanks beperkte vaardigheden, moeilijke leefomstandigheden en culturele barrières? Een veelbelovende oplossing is een participatieve ontwerpaanpak voor de ontwikkeling van e-health. Dit is een iteratief en mensgericht proces dat focust op het begrijpen van behoeften en het testen van prototypes. Hierdoor ontstaan praktische en gebruiksvriendelijke oplossingen die beter aansluiten bij de dagelijkse praktijk, wat de adoptie en effectiviteit aanzienlijk vergroot. Het succesvol toepassen van deze aanpak vereist echter praktische ondersteuning voor professionals, zodat zij de methode optimaal kunnen benutten.

In dit proefschrift hebben we een tool ontwikkeld die belemmerende en bevorderende factoren samenvat en praktische handvatten biedt, zodat e-health beter kan aansluiten bij mensen met een lagere SEP. Dit proefschrift richt zich op het ontwikkelen van deze tool via drie stappen: kennisvergaring, ontwikkeling en toepassing.

1. Kennisvergaring

We onderzochten de houding van mensen met een lagere SEP ten opzichte van gezondheid, de gezondheidszorg en e-health, en hoe een participatieve aanpak hun betrokkenheid kan vergroten. Via een community-based onderzoek in een buurthuis in Rotterdam-Zuid voerden we gesprekken met buurtbewoners. Hieruit destilleerden we negen patiëntenprofielen, verdeeld in twee hoofdgroepen: de ‘Optimistisch Betrokkenen’ en de ‘Twijfelend Achtergestelden’. Een belangrijk inzicht was dat motivatie van de mensen met lagere SEP geen belemmering vormt, maar juist de ontwerpwijze van onze e-health interventies.

2. Ontwikkeling van de handreiking

In de volgende stap ontwikkelden we een praktische handreiking die ondersteunt bij het ontwerpen van leefstijlinterventies voor mensen met een lagere SEP. Hierbij combineerden we onze bottom-up inzichten uit het buurthuis met de top-down bevindingen uit het promotieonderzoek van collega-promovenda Isra Al-Dhahir.

Samen met professionals ontwierpen we de handreiking en integreerden we hun feedback om de toepasbaarheid in de dagelijkse praktijk te waarborgen. Dit resulteerde in de Inclusive e-health Guide (IeG): een website waarop professionals informatie vinden over uiteenlopende aspecten van inclusieve e-health, zoals het bereiken van de doelgroep, het bevorderen van therapietrouw en het ontwikkelen, evalueren en implementeren van e-health leefstijlinterventies.

Per onderwerp wordt toegelicht wat wel en niet werkt, onderbouwd met wetenschappelijk bewijs. Daarnaast biedt de website praktische tips, inspirerende voorbeelden, links naar nuttige bronnen en gebruikersperspectieven. De IeG fungeert als een startpunt waarop professionals die e-health ontwikkelen verder kunnen bouwen.

Isra Al-Dhahir (links) en Jasper Faber (rechts) met de Inclusieve e-health Guide (foto: Patrick Wetzels).

3. Toepassing van de handreiking

In de laatste stap pasten we de handreiking zelf toe binnen een concreet testscenario, in samenwerking met Capri Hartrevalidatie in Rotterdam. Met behulp van de IeG ontwikkelden we een inclusieve e-health interventie om hartpatiënten met een lagere SEP beter te ondersteunen tijdens hun revalidatie.

Door dit traject samen met de doelgroep te doorlopen, een belangrijk onderdeel binnen de IeG, ontdekten we dat niet zozeer de revalidatie zelf, maar vooral de wachtperiode ervoor een belangrijk aanknopingspunt voor verbetering leek te zijn. Deelnemers omschreven deze periode als een ‘zwart gat’, gekenmerkt door onzekerheid en een gebrek aan begeleiding vanuit de zorg.

Daarom ontwikkelden we CapriXpress: een smartphone-app die patiënten meeneemt op een symbolische treinreis – van ontslag uit het ziekenhuis tot de start van hun hartrevalidatie. Onderweg ontvangen ze berichten in de vorm van video’s, audioverhalen en praktische tips, over wat men bijvoorbeeld kan verwachten van de revalidatie en activiteiten waar men tijdens de wachtperiode al mee aan de slag kan. We verwachten dat deze berichten mensen met een lagere SEP helpt om de wachtperiode beter te overbruggen en goed voorbereid aan hun hartrevalidatie te beginnen.

De CapriXpress: haalbaarheidsonderzoek.

De app werd getest door 20 deelnemers, die over het algemeen positief waren. Ze gebruikten CapriXpress bijna elke dag met plezier, en vonden de app gebruiksvriendelijk. Tegelijkertijd identificeerden we ook verbeterpunten, zoals het verder personaliseren van de berichten om nog beter aan te sluiten bij individuele behoeften en voorkeuren.

Conclusie

Dit proefschrift benadrukt het belang van inclusief ontwerp en de potentie van de Inclusive e-health als hulpmiddel voor het ontwikkelen, aanpassen, evalueren en implementeren van e-health interventies voor mensen met een lagere SEP. Het heeft in kaart gebracht hoe verschillende subgroepen binnen de lagere SEP-populatie moeten worden ondersteund. De ontwikkeling en toepassing van de IeG hebben geleid tot verschillende inzichten voor het ontwikkelen van inclusieve e-health. Zo hebben we inzicht gekregen in de waarde van participatief ontwerp en de noodzaak voor gepersonaliseerde en aantrekkelijke interventies. Met deze inzichten hopen we bij te dragen aan het verkleinen van de gezondheidskloof.

Bezoek de Inclusieve e-health Guide hier:
https://www.tudelft.nl/inclusive-ehealth-guide

Referenties

  1. Stringhini S, Carmeli C, Jokela M, Avendano M, Muennig P, Guida F, et al, LIFEPATH consortium. Socioeconomic status and the 25 x 25 risk factors as determinants of premature mortality: a multicohort study and meta-analysis of 1.7 million men and women. Lancet 2017;389(10075),1229-37. doi:10.1016/S0140-6736(16)32380-7
  2. Mackenbach JP, Stirbu I, Roskam AJR, Schaap MM, Menvielle G, Leinsalu M, Glickman M. Socioeconomic inequalities in health in 22 European countries. New England Journal of Medicine 2008;358(23):2468-81. doi:10.1056/NEJMsa0707519
  3. Shishehbor MH, Litaker D, Pothier CE, Lauer MS. (2006). Association of socioeconomic status with functional capacity, heart rate recovery, and all-cause mortality. Journal of the American Medical Association 2006;295(7):784-92. doi:10.1001/jama.295.7.784

Trefwoorden: leefstijl, e-health, hartrevalidatie, lage sociaaleconomische positie, participatief ontwerp

Gerelateerde artikelen NTR

Grenzen verleggen: de toekomst van de revalidatie in Nederland

Opinie-artikel De revalidatie in de breedste zin van het woord vormt door zijn insteek voor veel patiënten een brug vanuit…

Diversiteit en inclusie in de opleiding tot revalidatiearts

Opinie-artikel Het gebrek aan diversiteit en inclusie in de medische vervolgopleiding heeft consequenties voor de kwaliteit van toekomstige revalidatieartsen. Door…

Waar is de revalidatiegeneeskunde in het publieke debat?

Opinie-artikel De revalidatie erkent als geen andere medische discipline dat de context waarin we leven ons functioneren beïnvloedt. Tegelijkertijd wordt…

‘De tijd is rijp voor meer inclusie’

Interview met Rick Brink, voormalig officieus minister van gehandicaptenzaken In 2019 werd Rick Brink tijdens een live tv-optreden gekozen tot…

Gerelateerde artikelen Revalidatie Magazine

‘De echte cultuuromslag moet nog komen’

Telerevalidatie – revalidatie thuis met begeleiding op afstand – is de toekomst, zeiden deskundigen al een tijd terug. Logisch, want…

Zo brengen we e-revalidatie naar volgend niveau

In de revalidatiesector is er steeds meer aandacht voor innovatie op het gebied van eHealth. En dan bedoelen we: met…

E-Revalidatie: doelgericht samenwerken aan effectieve e-health-toepassingen

Van digitale consulten tot gepersonaliseerde revalidatieprogramma’s via apps: technologie maakt revalidatiezorg patiëntgerichter, toegankelijker en efficiënter. Maar duurzame implementatie van e-health…

Een app en ondersteuning geven patiënt Rob (73) de regie over de behandeling van ALS

Met nieuwe wetenschappelijke projecten, vullen revalidatieartsen en onderzoekers de kennishiaten uit de recente Kennisagenda Revalidatiegeneeskunde. Het digitale zorgplatform ALS Thuismeten…