Uit de praktijk
Na kanker en kankerbehandelingen komen slaapproblemen in grote mate voor. Naast biomedische oorzaken zijn er meerdere met oncologie samenhangende psychosociale factoren die de slaap beïnvloeden. Slaap verbeteren tijdens medisch specialistische revalidatie kan bijdragen aan beter omgaan met de restgevolgen na kanker.
Auteurs
DR. P.G. (PETRA) BOELENS
Revalidatiearts, Rijndam Revalidatie locaties Franciscus Vlietland en Albert Schweitzer ziekenhuis
DR. J.A. ( JORIS) DE GRAAF
Revalidatiearts, afdeling Revalidatie, Fysiotherapiewetenschap & Sport, UMC Utrecht
DRS. M. (MARIEKE) KOOL
Revalidatiearts, Klimmendaal Revalidatie, secretaris Werkgroep Oncologische Revalidatie
DR. J.H.B. (HANNEKE) NIJENDIJK
Revalidatiearts, Revalidatie Friesland, waarnemend secretaris Werkgroep Oncologische Revalidatie
DRS. B. (BAS) VAN DE WEG
Revalidatiearts, Revant Revalidatie, voorzitter Werkgroep Oncologische Revalidatie
Vanuit de VRA Werkgroep Oncologische Revalidatie (WOR)
Kanker komt veel voor; bij één op de drie mensen zal in hun leven kanker gediagnosticeerd worden. Er zijn 925.000 mensen na kankerbehandeling in Nederland (20-jaars-prevalentie).1 Het is bekend dat er langdurige tot blijvende klachten na oncologische behandelingen kunnen ontstaan; postkankervermoeidheid is daar de meest voorkomende van met een gepoolde prevalentie van 77,6% in een meta-analyse van 15.980 mensen.2

Vermoeidheid is multifactorieel bepaald waarin slaap een belangrijke component is. In dit artikel word je meegenomen in slaapproblematiek in samenhang met oncologie aan de hand van achtergrondinformatie. In de online publicatie van dit artikel vind je aanvullende casuïstiek en een korte beschrijving van bestaande zorgdata over slaap zoals gemeten in onze medisch specialistische revalidatie bij oncologiepraktijk.
‘Slaapbeleving komt niet altijd
overeen met gemeten slaapkwaliteit’
Slaapproblemen na kanker variëren van insomnie, een inadequate slaapkwaliteit tot bioritmeverstoringen.3 Hierbij is van belang om mee te nemen dat beleving soms niet overeenkomt met slaapkwaliteit gemeten door wearables. De negatieve beleving op zichzelf behelst een hulpvraag en heeft therapeutische consequenties.4 Chronisch slecht slapen heeft implicaties voor kwaliteit van leven, cognitieve/fysieke/emotionele gezondheid en participatie.4,5,6 Ten grondslag aan de slaapproblemen kunnen meerdere medische problemen liggen, zoals pijn, hormonale veranderingen met opvliegers,7,8 neuropathie, maar ook vermoeidheid zelf kan slaapproblemen veroorzaken. Slaapdruk is ‘het opbouwen van slaapbehoefte gedurende de dag’ en is afhankelijk van wat je doet (bewegen, buitenlichtexposure, stress) en bij voldoende opbouw van slaapdruk helpt dit om te kunnen slapen (adenosine-gemedieerd proces). Stresshormonen kunnen dit proces belemmeren. Bij mensen met vermoeidheid komt het voor dat ze overdag minder lichamelijk actief zijn, minder naar buiten gaan en meer rusten waardoor de slaapdruk minder wordt opgebouwd met slaapproblemen als gevolg. Naast biomedische factoren spelen psychosociale factoren een rol in slaapproblematiek, van nachtmerries bij PTSS, tot nachtelijke paniek en angst voor recidief kanker, depressie (waarbij zowel slaaptekort als te lang slapen veelvoorkomende symptomen zijn) en verliesverwerking.7
Late gevolgen van oncologische behandelingen op de slaap
Pijn en hormonale veranderingen na na oncologische behandeling komen vaak voor. Pijn na bestraling kan zowel van korte als van lange duur zijn. De reactie verschilt per persoon, waarbij een hogere bestralingsdosis vaak een grotere impact heeft. Degenen met veel last, hebben bijvoorbeeld meer fibrose, stug en slechter doorbloed weefsel en/of lymfoedeem. Pijn kan de slaapvoorkeurshouding beïnvloeden, bijvoorbeeld na bestraling van de oksel, of na chemoradiatie voor rectum- of urogenitale tumoren. Bestraling van ossale delen, zoals wervels of ribben, kan leiden tot chronische irritatie van het botvlies, een vermindering van de botdichtheid, fracturen of zelfs osteonecrose. Daarnaast kan zenuwschade door bestraling of chemotherapie optreden, wat vaak gepaard gaat met pijn. Tot slot ervaren patiënten die hormonale therapie ondergaan in 80-90% van de gevallen musculoskeletale pijn.9
Hormonale veranderingen zijn een veelvoorkomend gevolg van kankerbehandelingen zoals chemotherapie, hormoontherapie (chemische castratie), bestraling van gonaden, hypofyse en bijnieren, of operatieve castratie. Deze behandelingen leiden vaak tot een vervroegde overgang, wat gepaard kan gaan met slaapproblemen. In 2023 werd bij 15.634 patiënten in Nederland borstkanker vastgesteld, waarvan 165 mannen. Bij 75% van deze patiënten ging het om een hormoongevoelige tumor, waarvoor hormonale therapie doorgaans 5-10 jaar wordt voorgeschreven. Uit patiënt-gerapporteerde uitkomsten blijkt dat de meest gebruikte hormonale therapieën gepaard gaan met bijwerkingen zoals opvliegers (80-90%), slaapproblemen (30-60%), musculoskeletale pijn (85%) en vermoeidheid (60%).7 Deze klachten hebben vaak een aanzienlijke impact op de slaapkwaliteit en het dagelijks functioneren.
Niet iedereen gaat op dezelfde manier om met de langdurige gevolgen van kanker. Voor patiënten die hiermee worstelen en een hoge last aangeven, biedt de medisch specialistische revalidatie een passend interdisciplinair programma, conform de richtlijn ‘Medisch specialistische revalidatie bij Oncologie (MSRO).10 Tijdens de intake door de revalidatiearts zien we bij de patiënten die we indiceren voor MSRO een hoge score op de Lastmeter en hoge mate van vermoeidheid (indien ingevuld zien we scores van 7/10).11 De one-item slaapschaal van de Quality of Life-vragenlijst (EORTC QLQ-C30) is ontwikkeld voor het meten van de slaapkwaliteit. Dit item is adequaat voor onderzoeken die op groepsniveau worden uitgevoerd. Gezien de hoge verwachte prevalentie van slaapproblematiek na kanker werd in een retrospectieve dataset van revalidatie bij kanker gekeken hoe vaak en hoe ernstig de slaapproblemen zijn in de revalidatiesetting. Van onze revalidatiepopulatie heeft 22,6% geen slaapproblemen; het percentage patiënten met slaapproblemen komt hoger uit indien vergeleken met prospectieve Nederlandse set (norm 21,3 zonder kanker; gemiddelde score van 33 in 35%, 66 in 26,5%, 100 slapeloosheid 15,9%). Aandacht voor slaap is dus van belang. Na ruim drie maanden maatwerk interdisciplinaire revalidatie met twee maal per week oncologische fysiotherapiegroep (verhogen beweeggedrag), psychosociale ondersteuning met basis in acceptance & commitment therapy (ACT), ergotherapeutische aandacht voor de balans en slaap, zien we statistisch significante afname van slapeloosheid (zie tabel 1 in online publicatie van dit artikel) en dit is een klinisch merkbaar verschil.
Beschouwing
Na oncologische behandelingen komt een gestoorde slaapkwaliteit vaker voor dan de norm en dit kan passen bij de gerapporteerde postkankervermoeidheid. Vermoeidheid en slapeloosheid hebben impact op kwaliteit van leven. Bestaande zorgdata van MSRO laat een significante afname van slapeloosheid zien in de tijd naast ook gemeten verbetering van kwaliteit van leven.11 Gecontroleerde studies zijn nodig om dit effect te bewijzen.
Tabel 1. Symptoomschaal slapenloosheid van de EORTC-QLQ-C30 vragenlijst in 2021-2023 geaggregeerd uit bestaande zorgdata.
Revalidatiecentrum | MSRO-patiënten (n) | Aantal ingevulde vragenlijsten (n) | Beginwaarde Slapeloosheid (0-100) | Eindwaarde Slapeloosheid |
---|---|---|---|---|
Klimmendaal | 47 | 25 | 40,4 [27,2-53,6] | 37,3 [25,9-48,8] |
Revalidatie Friesland | 146 | 93 | 44,9 [38,6-49,9] | 34,8 [29,4-40,1] |
Revant | 115 | 101 | 49,8 [43,5-56,1] | 35,6 [30,0-41,0] |
Rijndam11 | 218 | 189 | 43,6 [38,7-48,6] | 35,6 [31,3-40,0] |
Alle patiënten in de set | 526 | 408 | 45,2 [42,1-48,2] | 35,5 [32,8-38,3]** |
Casus
Slaapproblematiek bij kanker
Slaapproblemen kunnen heel specifiek en complex zijn. Een voorbeeld is een 47-jarige patiënt, bij wie na een partiële glossectomie voor tongcarcinoom een tongtransplantaat was geplaatst, de spier afkomstig van de volaire zijde van zijn onderarm. ‘s Nachts ervaarde hij een gevoel van verstikking doordat het transplantaat in de mondholte aanvoelde als een vreemd lichaam dat zijn luchtweg obstrueerde. Bovendien veroorzaakte de haargroei op de transplantaat-tong een kriebelend gevoel tegen het palatum. Deze haargroei wordt in telofases met laserbehandeling tegengegaan maar dat duurt een jaar. Het vinden van een comfortabele slaaphouding werd verder bemoeilijkt door een pijnlijke, stijve nek als gevolg van de bilaterale halsklierdissectie met bestraling. Zijn werk als leidinggevende was met de vermoeidheid en slaapproblematiek niet uitvoerbaar bij intake.
Referenties
- Trendrapport IKNL, https://nkr-cijfers.iknl.nl/viewer/prevalentie-per-jaar?language=nl_NL&viewerId=3d4692aa-a8ed-4193-a56a-55a75aa1fdfb
- Kang YE, Yoon JH, Park Nh. et al. Prevalence of cancer-related fatigue based on severity: a systematic review and meta-analysis. Sci Rep 2023;13:12815. https://doi.org/10.1038/s41598-023-39046-0
- Levi F, Komarzynski S, Huang Q, Young T, Ang Y, Fuller C, et al. Tele-monitoring of cancer patients’ rhythms during daily life identifies actionable determinants of circadian and sleep disruption. Cancers (Basel) 2020;12.
- Drijver AJ, Oort Q, Otten R, Reijneveld JC, Klein M. Is poor sleep quality associated with poor neurocognitive outcome in cancer survivors? A systematic review. J Cancer Surviv 2024;18(2):207-22. doi: 10.1007/s11764-022-01213-z. Epub 2022 May 2. PMID: 35499803; PMCID: PMC10960780.
- Innominato PF, Komarzynski S, Palesh OG, Dallmann R, Bjarnason GA, Giacchetti S, Ulusakarya A, Bouchahda M, Haydar M, Ballesta A, Karaboué A, Wreglesworth NI, Spiegel D, Lévi FA. Circadian rest-activity rhythm as an objective biomarker of patient-reported outcomes in patients with advanced cancer. Cancer Med 2018;7(9):4396-405. doi: 10.1002/cam4.1711. Epub 2018 Aug 7. PMID: 30088335; PMCID: PMC6143939.
- Van Dyk K, Bower JE, Crespi CM, Petersen L, Ganz PA. Cognitive function following breast cancer treatment and associations with concurrent symptoms. NPJ Breast Cancer 2018;4:25.
- Francis et al. N Engl J Med 2018;379:122-37.
- Ganz PA, Cecchini RS, Julian TB, et al. Patient-reported outcomes with anastrozole versus tamoxifen for postmenopausal patients with ductal carcinoma in situ treated with lumpectomy plus radiotherapy (NSABP B-35): A randomised, double-blind, phase 3 clinical trial. Lancet 2016;387(10021):857–65.
- Carreira H, Williams R, Müller M, Harewood R, Stanway S, Bhaskaran K. Associations Between Breast Cancer Survivorship and Adverse Mental Health Outcomes: A Systematic Review. J Natl Cancer Inst 2018;110(12):1311-27. doi: 10.1093/jnci/djy177. Erratum in: J Natl Cancer Inst 2020;112(1):118.
- https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/medisch_specialistische_revalidatie_bij_oncologie/algemeen.html
- De Vries VH, Remerie SC, Slaman J, Schasfoort FC, Boelens PG. Evaluatie van medisch specialistische revalidatie bij oncologie. Ned Tijdschr Revalidatiegeneeskd 2025;1:38-43.
Trefwoorden Slaap; EORTC-QLQ-C30 vragenlijst; Oncologie; Kanker; MSRO
Gerelateerde artikelen NTR

Slaap: het fundament van een gezonde leefstijl!

Hoge prevalentie slapeloosheid bij hersenletsel vraagt om effectieve behandeling

De rol van slaap binnen de kinderrevalidatie

De effectiviteit van een slaapmodule als aanvulling op de revalidatiebehandeling voor aanhoudende pijn
Gerelateerde artikelen Revalidatie Magazine

PULSE Racing wil mobiliteit en vitaliteit teruggeven aan mensen met een dwarslaesie

Uit het hoofd, in het lijf

Podcast: Jezelf opnieuw uitvinden
